Vaste tentoonstelling » Virtuele Insectenzaal

KOOP JE TICKETS ONLINE

TICKETS !

  • Close up: Phasme - Wandelende tak - Stick Insect (Vivarium)
  • Close up: Bee - Abeille - Bij
  • Maquette/Model: Fly - Mouche - Vlieg

Virtuele Insectenzaal

De Insecten- en de Schelpenzaal sloten definitief hun deuren op 18 april 2017. Je kan ze wel nog altijd virtueel bezoeken via Google Street View (klik op het gele mannetje rechts onderaan, selecteer daarna bovenaan op het scherm de derde verdieping) of via Google Maps (sleep het gele mannetje naar het Instituut en selecteer de derde verdieping in de kolom rechts).

De Insectenzaal is in feite gewijd aan alle geleedpotigen: niet enkel de insecten, maar ook de kreeftachtigen (krabben, garnalen, kreeften …), spinachtigen (spinnen, schorpioenen, mijten …) en veelpotigen (duizendpoten, miljoenpoten …) komen er aan bod.

Wist je dat de geleedpotigen bijna 80% uitmaken van de gekende diersoorten en dat entomologen nog elke dag nieuwe soorten ontdekken? Er zou over deze groep gemakkelijk een apart museum kunnen worden opgericht!

In deze zaal kan je in detail de lichaamsbouw bestuderen van uitvergrote modellen van een vlieg, schorpioen, bidsprinkhaan … Je wordt er stil van de camouflagetalenten van wandelende takken en kniptorren, en van de prachtige kleuren en vormen van vlinders, kevers en krabben. Voor de dappere bezoekers: vogelspinnen en kakkerlakken heten je welkom in het vivarium!

Opmerkelijke Stukken

Het vlinderraam
  • Alle kanten van de vlinders zijn zichtbaar in het vlinderraam

In tegenstelling tot klassieke insectenkasten, is ons vlinderraam zo gebouwd dat bezoekers zowel de bovenkant als de onderkant van de vlindervleugels kunnen bewonderen. Zo merk je de – vaak verrassende – verschillen in kleur en motief tussen beide kanten: van saai, dof en effen tot de meest kleurrijke, heldere, iriserende en vormrijke patronen die je kan inbeelden.

De dag- en nachtvlinders worden in het vlinderraam geordend volgens ecozones (gebieden waarin de fauna en flora een gemeenschappelijke evolutionaire geschiedenis hebben).

Cirkel rond de vlinderkast en laat je verleiden door het iriserend blauw van de morpho’s, door de doodshoofdvlinder of de ‘ogen’ van de uilvlinders …

Een didactische bijenkast
  • De didactische bijenkast

Het Museum heeft zijn eigen bijenkast, in de Insectenzaal. Met wat geluk kan je de koningin zien: we gaven ze een gekleurde stip op haar rug. Of misschien kan je een bijendans gadeslaan.

Een bij die een voedselbron ontdekt, vertelt dit immers door een dans uit te voeren voor de andere bijen. Die raken de danseres aan met de tipjes van hun antennen en volgen haar.

Een rondedans betekent: buit op minder dan 100 m. Een achtvormige kwispeldans wil zeggen dat de buit verder ligt (hoe trager de dans, hoe verder). Ook de richting tegenover de zon wordt hierbij duidelijk gemaakt.

De Japanse reuzenkrab
  • De Japanse reuzenkrab Macrocheira kaempferi

De Japanse reuzenkrab (Macrocheira kaempferi) is de grootste tot nog toe gekende geleedpotige en zijn tien poten zijn wel erg lang uitgevallen. Er bestaan eeuwelingen met een spanwijdte van bijna vier meter! Zo groot is onze reuzenkrab niet geworden, maar je kan er toch niet naast kijken …

Zoals vele andere krabben zijn het aaseters, maar ze vallen ook wel eens andere schaaldieren aan.

Het vivarium
  • De Mexicaanse roodknievogelspin ‘Brachypelma smithi’

De terraria in deze zaal zijn het domein van kakkerlakken, wandelende takken, schorpioenen … en vogelspinnen! Wees gerust: de spinnen zitten hoe dan ook achter twee dikke lagen glas.

Wil je de dieren goed kunnen bekijken? Maak dan zo weinig mogelijk geluid: ze houden niet van geluidstrillingen en zullen zich bij het minste lawaai verstoppen in een hoekje!

Go to top