De huiskat is afkomstig uit het Nabije Oosten en het oude Egypte. Dat blijkt uit een DNA-analyse van kattenoverblijfselen uit archeologische sites. De kat werd minstens 9.000 jaar geleden getemd door vroege landbouwers. 3.000 jaar geleden werd ze via ‘draaischijf’ Egypte onder meer in Europa verspreid. Het DNA vertelt ook dat de meeste katten toen een gestreepte vacht hadden. Pas vanaf de middeleeuwen werd de gevlekte kat algemeen.
Wetenschappers van de KU Leuven en het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen hebben de herkomst van onze huiskat in kaart gebracht. Ze deden dat aan de hand van het DNA dat ze terugvonden in botten, tanden, huid en haar van meer dan 200 katten uit archeologische sites in het Nabije Oosten, Afrika en Europa. De resten waren tussen 9.000 en 100 jaar oud.
Getemd door eerste boeren
Er zijn vandaag vijf ondersoorten van de wilde kat Felis silvestris. Alle skeletten lijken als twee druppels water op elkaar en op dat van onze huiskat vandaag. Welke wilde variant in een ver verleden tam gemaakt is, is dus met het blote oog niet te zien. Maar hun genetische code geeft dat geheim wél prijs: alle tamme katten stammen af van de wilde ondersoort Felis silvestris lybica, die in Noord-Afrika en het Nabije Oosten voorkomt.
Paleogeneticus Claudio Ottoni, hoofdauteur van de studie, en collega's deelden de huidige en 'oude' katten in op basis van hun mitochondriale DNA, dat via de moederlijke lijn wordt doorgegeven. Onze huiskat blijkt van hetzelfde type dat meer dan 9.000 jaar geleden in het Nabije Oosten leefde, waar de eerste landbouwnederzettingen ontstonden. Wilde katten werden wellicht aangetrokken door de knaagdieren in die nederzettingen. Boeren zagen de katten graag komen, want die hielden de graanvoorraad vrij van ongedierte. De relatie tussen landbouwer en kat werd intenser en de wilde kat werd na verloop van tijd tam, door selectie op zachtaardig gedrag. Landbouwers die verder trokken, namen de getemde kat mee. Zo werd het huisdier een eerste keer verspreid.
Draaischijf Egypte
Uit het DNA-onderzoek blijkt dat de huiskatten uit het oude Egypte – waar ze ook werden vereerd – ruim verspreid raakten, zo’n 3.000 jaar geleden. Dat komt omdat de katten op de vele Egyptische handelsschepen werden ingezet om ongedierte te bestrijden. Via de verschillende handelsroutes raakten ze zo in grote delen van Zuidwest-Azië, Afrika en Europa. Zelfs bij de Vikingen aan de Baltische Zee zijn botten van katten met een Egyptische signatuur gevonden. ”Het is wel nog niet duidelijk of de Egyptische huiskat afstamt van katten geïmporteerd uit het Nabije Oosten of dat er in Egypte een aparte, tweede domesticatie plaatsvond”, zegt onderzoeker Claudio Ottoni. “Dat zal uit verder onderzoek moeten blijken.”
Steeds meer gevlekt
De wetenschappers konden uit het DNA van de oude kattenbotten en -mummies ook het vachtpatroon afleiden. De onderzoekers zagen dat in de oudheid de streepjeskat het meest voorkwam. Op Egyptische muurschilderingen staan ook steevast gestreepte katten. Het gevlekte patroon wordt volgens het onderzoek pas algemeen vanaf de middeleeuwen.
De studie staat in Nature Ecology and Evolution.