Wetenschappers ontdekken nieuwe familie slangen

13/02/2023
Micrelaps muelleri, een gifslang uit het Nabije Oosten, is lid van de nieuw beschreven familie Micrelapidae.
Micrelaps muelleri, een gifslang uit het Nabije Oosten, is lid van de nieuw beschreven familie Micrelapidae. (Foto: Simon Jamison)

Onderzoekers onder leiding van de Universiteit van Helsinki hebben de stamboom van de Elapoidea, een omvangrijke groep van slangen, hertekend. Ze vonden daarbij een nieuwe slangenfamilie. De studie werd uitgevoerd in samenwerking met biologen van het AfricaMuseum en het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen. Voor de studie zijn onder meer collectie-exemplaren uit beide Instituten gebruikt.
 

De superfamilie Elapoidea omvat verschillende slangenfamilies, goed voor meer dan 700 soorten wereldwijd. Cobra's en mamba's zijn waarschijnlijk de bekendste vertegenwoordigers uit die superfamilie.

De Elapoidea verschenen ongeveer 50 tot 45 miljoen jaar geleden. Deze uiterst diverse slangengroep is een klassiek voorbeeld van evolutionaire radiatie, waarbij in korte tijd een groot aantal soorten ontstaat.

Het is doorgaans moeilijk de stamboom (of fylogenie) van zulke groepen te reconstrueren. Dat was voor de Elapoidea niet anders. Tot nu.
 

Recordaantal genen en een nieuwe familie

Door meer dan 4600 genen te analyseren is het internationale onderzoeksteam erin geslaagd de stamboom van de Elapoidea op te stellen.

‘Met zo’n omvangrijke dataset kunnen we met grote precisie familierelaties vaststellen’, vertelt Jonathan Brecko, onderzoeker bij AfricaMusem en het Koninklijk Instituut voor Natuurwetenschappen, die aan de studie meewerkte. ‘Ter vergelijking: de meeste datasets die voor moleculaire fylogenie worden gebruikt, houden slechts rekening met een tiental genen.’

Het team ontdekte ook, binnen de Elapoidea, een volledig nieuwe slangenfamilie: de Micrelapidae. Deze nieuwe familie omvat vier soorten slangen, die voorkomen in Oost- en Noordoost-Afrika en het Nabije Oosten.

‘Onderzoekers ontdekken heel zelden een nieuwe familie gewervelde dieren’, legt Jonathan Brecko uit.

 

Oude museumcollecties voor hedendaags onderzoek
 

Na het scannen van de schedel kunnen onderzoekers een 'virtuele dissectie' uitvoeren en elk bot afzonderlijk bestuderen en vergelijken met dat van andere exemplaren.
Na het scannen van de schedel kunnen onderzoekers een 'virtuele dissectie' uitvoeren en elk bot afzonderlijk bestuderen en vergelijken met dat van andere exemplaren. (Foto: J. Brecko, KMMA)

Naast de genetische gegevens gebruikten de onderzoekers ook nanoCT- en microCT-scans. ‘We gebruikten hiervoor de scanners van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen’, legt Jonathan Brecko uit, die de scans van de specimens uitvoerde.

‘Nadat we de schedel van een specimen hebben ingescand, kunnen we elk botje virtueel isoleren en de morfologische kenmerken tussen specimens nauwkeuriger vergelijken.’
 

Het AfricaMuseum heeft bijna 17.000 slangen in zijn collecties, het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen ongeveer 20.000.

‘Die collectie-exemplaren, waarvan sommige meer dan 100 jaar geleden zijn ingezameld, blijven ons antwoorden opleveren’, zegt Brecko. ‘Natuurwetenschappelijke collecties zijn cruciaal voor onderzoek.’

De studie werd gepubliceerd in het vakblad Molecular Phylogenetics and Evolution.

 

[Artikel geschreven door AfricaMuseum]

Nieuws