Geologen schatten risico op natuurrampen in voor Europese steden

Een team van geologen heeft van 41 Europese steden het risico ingeschat dat ze door natuurrampen worden getroffen. Ze deden dat op basis van geologische en klimatologische factoren. Zo kreeg Napels de hoogste score, en zitten Antwerpen en Namen in de top tien. ‘We willen beleidsmakers, stadsplanners en -bewoners bewuster maken van de grond onder hun voeten, opdat ze alerter zijn voor de risico’s’, zeggen de onderzoekers.
De overstromingen in Valencia in 2024 en die in Wallonië in 2021 hebben nog maar eens aangetoond hoe verwoestend natuurrampen kunnen huishouden in stedelijk gebied. Hoeveel risico lopen Europese steden en metropolen op natuurrampen, zoals overstromingen, grondverschuivingen, aardbevingen en vulkaanuitbarstingen?
‘De geologie van een stad is haar eerste infrastructuur’, zegt Xavier Devleeschouwer, geoloog van het Instituut voor Natuurwetenschappen. ‘Zij bepaalt samen met klimatologische factoren hoe groot het risico op natuurrampen is. Als we de bedreigingen niet zien en ondervangen, zullen natuurrampen in stedelijk gebied alleen maar dodelijker worden, want de bevolking groeit er gestaag. Tegen 2050 zal naar schatting 68 procent van de wereldbevolking in een stad wonen, ruim tien procent meer dan vandaag.’
Een Europees team van geologen, onder leiding van ISPRA, de geologische dienst van Italië, wil de geologische en klimatologische druk op steden onder de aandacht brengen van beleidsmakers, stadplanners en het publiek. Ze doet dat aan de hand van een tool, de Urban Geo-climate Footprint (UGF). Die berekent niet de voetafdruk van een stad (zoals de de CO2-voetafdruk), maar de geo-klimatologische druk op een stad.
Antwerpen en Namen onder de loep
De tool maakt de ondergrond en de geologische factoren die een stad kunnen bedreigen inzichtelijk en aanschouwelijk. De UGF schat onder meer de invloed van diepe geologische processen in zoals aardbevingen en tsunami’s, van oppervlakteprocessen, zoals grondverschuivingen of kusterosie, en in hoeverre klimaat en klimaatverandering de ondergrond beïnvloeden. Aan de hand van dergelijke ‘drivers’ wordt per stad een totaalscore berekend, en dat levert een rangschikking op voor de (voorlopig) 41 steden waarop de tool is uitgetest.
Napels steekt er met kop en schouders bovenuit, met een score van meer dan 315 (op 500). De stad ligt in een actief vulkanisch gebied, met de Vesuvius en de Campi Flegrei. En ze ligt, zoals de rest van Italië, op de grens van de Afrikaanse en de Euraziatische aardplaat, waardoor er altijd risico op aardbevingen en tsunami’s is. Reken daarbij de hoge hellingsgraad, wat het risico op grondverschuivingen verhoogt, én de eeuwenlange ontginning van de tufsteen onder de stad, die vaak verantwoordelijk is voor zinkgaten aan het oppervlak.


Antwerpen staat op plaats 7 met een totaalscore van 227. De ligging van de stad in de Schelde-estuarium vormt een belangrijk risicofactor. Zonder dijken zouden sommige poldergebieden bijzonder kwetsbaar zijn voor overstromingen bij hoogtij. ‘De afgelopen drie decennia hebben we een bodemdaling waargenomen langs de oevers van de Schelde en bij sommige haveninfrastructuren,’ legt Devleeschouwer uit. ‘De bodem zakt langzaam als gevolg van natuurlijke rivierafzettingen die zich de afgelopen 12.000 jaar hebben opgestapeld en die recent door de mens opgehoogd zijn. Die lagen worden samengedrukt, wat sinds 1992 een bodemdaling van 2,1 tot 3,4 mm per jaar veroorzaakt. De oostelijke oever, waar het stadscentrum zich bevindt, blijft wel stabiel. We zullen de ondergrond moeten blijven monitoren, omdat klimaatverandering en de zeespiegelstijging de natuurlijke verschijnselen en menselijke activiteiten in dit gebied kunnen beïnvloeden.’
Namen staat op de achtste plaats met een score van 223. ‘De ondergrond en omgeving van Namen zijn bijzonder gevarieerd, rijk aan oude steenkoolmijnen, kalksteenformaties en zones waar vroeger intensief metaal werd gewonnen’, legt Devleeschouwer uit. ‘Ondergrondse steengroeven, mijngangen en schachten, soms zelfs onder woongebieden, verhogen het risico op verzakkingen. Preventie berust op cartografische studies: een overzicht krijgen van de huidige stabiliteitsproblemen op basis van geologisch verkenningswerk en van info uit mijnbouwarchieven.’
Brussel valt in de categorie met het laagste algemene risico. Toch blijven bepaalde zones geologische uitdagingen vormen, met name door de aanwezigheid van ondergrondse steengroeven en gangen. ‘In sommige delen van de stad werd de zogenoemde Ledesteen ontgonnen, wat de stabiliteit van de ondergrond heeft aangetast.’

Ideeën uitwisselen
De onderzoekers hopen dat steden met eenzelfde risicoprofiel, en dus dezelfde uitdagingen, mekaar zullen vinden. ‘Stadsplanners in verschillende steden zouden ideeën moeten uitwisselen over hoe ze zich op specifieke bedreigingen kunnen voorbereiden en de schade kunnen beperken’, aldus nog Devleeschouwer.
Het team van geologen publiceerde de studie in het vaktijdschrift Cities, en maakte er de mini-documentaire ‘Cities Under Pressure’ over: